Sommige mensen denken bij demo skiën direct aan formaties. Helaas, dat doen we een andere keer! Wat ik nu met demo bedoel is de demonstratie die wij voor de klant doen. Demo’s zijn onze manier van communiceren; wij houden niet van verbaal, maar van nonverbaal. Voordoen, na-apen. Wat moeten we weten om onze demo zo goed mogelijk in te zetten? Let’s dive in.
Drie belangrijke dingen. Grofweg hebben we drie zaken die we goed in onze bovenkamer moeten houden bij het demo skiën. Het gaat hier om dat we de juiste demo doen, een aan de klant aangepaste demo doen en dat we geen parasitaire bewegingen laten zien.
1. Juistheid.
Klinkt misschien een beetje stom, maar we moeten de juiste demo skiën. Sommige leraren kunnen bepaalde bewegingsvormen niet uit elkaar houden of vallen na een paar bochten in een andere demo. Gewenning is hier de zaak, oefening baart kunst. Al kan je een demo niet goed kunt uitvoeren (je bent nog niet bedreven genoeg), moet je je afvragen of je wel het juiste thema hebt aangesneden.
2. Aanpassing.
Altijd eenzelfde strakke demo skiën is heel gaaf, maar is niet aangepast aan de klant die hem moet nadoen. Een demo aanpassen is een truc die heel belangrijk is om je les te customizen aan je klant en hem/haar optimaal te helpen. We kunnen demo’s aanpassen op verschillende manier. We kunnen de beweging groter of kleiner maken, sneller of langzamer laten gaan, vroeger of later inzetten. Dit is afhankelijk van de zwakte punten van de klant; we concentreren op de grootste fout en passen onze demo aan om die fout te bewerken. Bijvoorbeeld: Al beweegt de klant voor de bocht te weinig naar voren, doen wij onze volgende demo met een veel grotere beweging naar voren (overdrijven/zichtbaar maken). Hauptsache: de demo is duidelijk en aangepast.
3. Parasiwie?
Ja, 3x woordwaarde. We kennen allemaal parasieten, irritante beestjes die de boel verzieken. Hierbij gaat het om bewegingen die niet deel zijn van de demo, maar wel gemaakt worden. Bijvoorbeeld ski ik een perfecte ploegbocht met bovenlichaam kantelen, maar ondertussen wappert m’n tong uit m’n grijnzende waffel. Die tong en die grijnzende waffel leiden af van de demo, hetgeen wat de klant zou moeten waarnemen. Zaak is dus alle parasitaire bewegingen te minimaliseren. Het is lastig, iedereen heeft zo z’n trekjes.
Binnen het thema demo zijn er heel veel verdiepingen, er is zoveel waar rekening mee gehouden dient te worden. Dit ziet voornamelijk op de aanpassing van de demo op het niveau van het object. Dit kan door de gehele demo aan te passen of een deel hiervan. Hoe en wat laat ik in het midden als cliffhanger.
Mijn tip: Laat je eens filmen bij een willekeurige demo. Wat zijn jouw parasitaire bewegingen? Zijn alle bochten hetzelfde? Hoe ziet jouw demo er uit van achter? Zo ziet de klant jou namelijk, kijk en huiver ;-).