Geef je ski- of snowboardles aan tien kinderen dan krijg je er vanzelfsprekend twintig ouders bij. Dat zijn twintig verschillende meningen en verwachtingen. Hoe ga je daar mee om? Kun je iedereen wel tevreden houden?
Waarom zit mijn kind in deze groep? Waarom skiet mijn kind altijd achteraan? Mijn kind is veel beter dan de rest van de groep? We willen graag dezelfde leraar als vorig jaar! Kun je ons kind na de les naar het hotel brengen? Mijn kind houdt alleen van patat tussen de middag! Tsja… soms vraag je je af of het de kinderen zijn die de uitdaging vormen of juist hun ouders?
Ouders brengen hun kinderen naar de skischool. Ze hoeven alleen aan hun eigen kinderen te denken en willen dat wat het beste voor hen is. Logisch natuurlijk. In de skischool hebben we te maken met een paar honderd kinderen en ook in jouw klasje zitten tien individuen. Een hele opgave om aan alle persoonlijke wensen te kunnen voldoen. Maar niks is onmogelijk.
Ochtend briefing
Iedere ochtend weer is het voor de ouders de vraag hoe de dag eruit gaat zien voor hun kinderen. Die onrust kunnen we wegnemen door voor de start van de les niet alleen de kinderen te verzamelen, maar ook de ouders. Vertel kort welke technieken er die dag op het programma staan, waar en hoe laat er gegeten wordt, welke bijzonderheden de dag kent en hoe laat en waar de kinderen weer kunnen worden opgehaald. De ouders kunnen nu met een gerust hart zelf de piste op en hebben er alle vertrouwen in dat de leraar van hun kinderen het onder controle heeft.
Technische onderbouwing
“Mijn kind is veel beter dan de rest en moet echt in een betere groep!” Een zin die je vast al eens gehoord hebt. Laten we voorop stellen dat ouders hier niet altijd ongelijk in hebben. Maar vaak klopt deze constatering niet. Wat ze niet zien is dat het kind op de zwarte piste lang niet zo goed meekomt als op de blauwe. De kracht is er wel, maar de techniek ontbreekt. Hierdoor zal het kind aan het begin van de dag vooraan de rij skiën en sneller zijn dan de rest, maar aan het eind van de dag is het een stuk meer vermoeid en houd het de groep nog maar net bij.
Probeer in zo’n geval ouders uit te leggen dat je werkt aan de techniek. Leg uit waar het probleem zit en hoe je daar verandering in probeert te brengen. Helemaal ideaal is het als je het de ouders zelf kunt laten voelen door ze bijvoorbeeld een keer gehurkt op hun ski’s te laten staan. Vraag na een minuut maar aan ze hoe lang ze op deze manier achter je aan zouden kunnen skiën. Met een goede technische onderbouwing van je keuzes zullen de meeste ouders daar begrip voor hebben.
Luister
Ouders hebben niet altijd ongelijk en komen soms met goede ideeën. Luister dus goed naar wat ze te zeggen hebben en doe er iets mee. Ook wanneer ouders in jouw ogen geen gelijk hebben kan het helpen om simpelweg echt te luisteren. Hiermee laat je zien dat je hun situatie serieus neemt.
Verplaats je in de ouders
Luister naar de ouders en verplaats je in hun situatie. Voor hun is er maar één kind belangrijk en dat is die van hun zelf. Dat jij met nog negen andere kinderen te maken hebt is aan jou.
Creëer een reëel verwachtingspatroon
Het is voor ouders moeilijk zich voor te stellen hoe een lesdag er uit ziet en hoeveel tijd sommige dingen kosten. Het is aan jou om tijdens de persoonlijke gesprekken, die je voor en na de les met de ouders voert, een reëel verwachtingspatroon bij ze te creëren. Maak duidelijk wat aan het einde van de week haalbaar is en waarom jij denkt dat dat zo is. Stel de verwachtingen die de ouders hebben bij. Ouders waarbij de verwachting te hoog ligt zullen aan het eind van de week niet tevreden zijn. Het doel dat jij ze duidelijk hebt gemaakt is wel haalbaar en dus zullen ze aan het eind van de week tevreden naar huis gaan.
Noteer
Ouders willen aan het eind van de dag alles weten over wat hun kind heeft meegemaakt. Op de vraag: “Hoe ging het vandaag?,” wil je niet antwoorden: “Goed.” Omdat het onmogelijk is om van al je kinderen de leerzame, leuke en grappige momenten van de dag te onthouden kun je deze opschrijven. Neem hiervoor een klein bloknootje en potloodje mee in je jaszak. Iedere keer dat je in de lift zit schrijf je snel van alle kinderen iets op. Zo heb je aan het eind van de dag voor alle ouders een leuk lijstje over hoe de dag is verlopen.
Maak ouders betrokken
Maak de ouders onderdeel van je les. Laat ze meehelpen en hun bijdrage leveren als ze dat willen. Natuurlijk is het niet de bedoeling dat je de hele dag twintig ouders achter je aan hebt skiën, maar laat ze bijvoorbeeld helpen voor de start van de les met het aantrekken van de ski’s en bij het controleren van de helmen en of alle skipassen aanwezig zijn. Of spreek op een bepaald tijdstip af bij een stoeltjeslift zodat de ouders de kinderen mee naar boven kunnen nemen. Hierdoor maak je het voor jezelf makkelijker en voelen de ouders zich betrokken bij wat hun kind doet.
Nabespreking
Net zo belangrijk als je korte praatje voor de start van je les is je praatje na de les. Laat kinderen niet met hun ouders weggaan voor je de ouders gesproken hebt. Pak je notitieblokje erbij en vertel de ouders hoe de dag is verlopen. Vraag ook, waar de ouders bij staan, of het kind een leuke dag heeft gehad. Hebben de ouders geen vragen meer, geef dan zowel het kind als de ouders een hand en wens ze een fijne middag. Op die manier voelen ouders dat je jouw les onder controle hebt en zullen ze de volgende dag hun kind vol vertrouwen naar je toebrengen.
Wat is voor jou belangrijk in de omgang met de ouders van de kinderen waar je mee skiet?