Veel Nederlandse skileraren brengen de winter door in de Oostenrijkse Alpen. Een groot deel van de toeristen bestaat daar uit Duitsers en Nederlanders. Ongeacht de taal die onze gasten spreken leren we ze allemaal hetzelfde, namelijk skiën. Typerend is het dat de verwachting die de twee nationaliteiten hebben van de skiles verschillend is.
Nederlanders die skiles nemen verwachten dat ze beter leren skiën. Maar naast het leren skiën is het voor veel Nederlandse wintersporters erg belangrijk dat hun skileraar of -lerares er een gezellige les van maakt. Een praatje in de lift en een goede mop op de piste horen erbij. Nadat er goed geoefend is op nieuwe technieken is er voldoende tijd voor een kopje koffie tussendoor. Tijdens de koffie worden er tal van vragen op je afgevuurd en weten je Nederlandse gasten binnen de kortste keer meer van jouw leven dan je eigen vrienden. Aan het einde van de skiles nemen je gasten met een grote glimlach afscheid en vertellen je dat ze het een gezellige ochtend vonden.
Gasten afkomstig uit Duitsland nemen net zoals de Nederlanders skiles om beter te leren skiën. Het verbeteren van hun techniek staat voorop. Iedere meter wordt gebruikt om beter te leren skiën. In de lift is het niet belangrijk gezellig een praatje te houden. Die tijd kan beter worden besteed aan het hebben over wat er allemaal niet goed ging. Ondanks dat de vermoeidheid na anderhalf uur toeslaat wordt er stug door getraind en wordt iedere minuut van de skiles optimaal benut. Aan het einde van de les wordt je bedankt omdat je gast nu weet wat hij allemaal fout doet.
Duitse ouders zullen aan het eind van de les als eerst vragen of hun kind iets geleerd heeft. Nederlandse ouders daarentegen vragen vaak alleen of hun kind het naar hun zin heeft gehad. Waar bij veel Nederlanders de nadruk ligt op een combinatie van leren skiën en het hebben van een leuke tijd ligt bij veel Duitsers de nadruk alleen op het leren skiën.
Welke doelgroep heeft jouw voorkeur?