Op zondagochtend slaap je als skileraar niet uit. Dat is de dag waarop een nieuwe week begint. Nadat de kinderen hebben voorgeskiet sta je ineens oog in oog met een nieuwe groep. De één kijkt nog zenuwachtiger naar je dan de ander. Nadat de ouders afscheid hebben genomen zijn ze in jou handen.
Het groepje kinderen waggelt achter je aan richting de lift. Het dragen van de ski’s is voor die kleintjes een hele opgave. Er zijn twee kinderen die hun ski’s niet van de grond kunnen houden en dus loop je verder met je eigen ski’s in de hand en twee paar kleine ski’s onder je armen. Als je ze allemaal in één gondel hebt weten te krijgen begin je met het uit je hoofd leren van de namen.
Netjes in een rijtje achter je aan
Vlak voor de middagpauze hebben alle kinderen de smaak weer te pakken en skiën ze netjes in een rijtje over de oefenweide achter je aan. Tijdens de laatste afdaling voor de lunch zie je dat de laatste in de rij zijn evenwicht verliest en in de sneeuw beland. Gelukkig heeft hij zich geen pijn gedaan en staat hij zelf op. Onhandig, maar met alles wat hij in zich heeft, probeert hij zijn ski’s weer aan te krijgen. Helaas zonder resultaat, want de 5 centimeter sneeuw die onder zijn skischoen kleeft maakt dat onmogelijk. Er zit dus niks anders op dan naar boven te lopen en te gaan helpen.
Middagpauze
Aangekomen in het restaurant ontdoe je de kinderen van hun dikke kleding, helm en skibril en zien ze er opeens heel anders uit. Je zet ze aan de gereserveerde tafel en zegt dat er vandaag spaghetti op het menu staat. Op de vraag of er kinderen zijn die hun spaghetti zonder saus willen krijg je geen antwoord en dus haal je 8 spaghetti met saus. Je schenkt voor alle kinderen nog wat te drinken in en haalt vervolgens voor jezelf iets te eten. Als je een paar minuten later terugkomt zitten de gezichten van zes kinderen helemaal onder de rode saus en zijn de borden van de andere twee nog onaangetast. En zoals je al verwacht had lusten die twee kinderen geen saus. Met twee volle borden ga je terug naar de keuken en leg je uit dat je toch nog twee spaghetti nodig hebt zonder saus. Terwijl je met twee nieuwe borden terug loopt naar de tafel zie je dat er een glas limonade om is gevallen. Snel haal je een doekje om de tafel schoon te maken.
Ondertussen zijn de eerste kinderen klaar met eten en stapel je hun borden op. Als ook de rest hun buikjes vol heeft gegeten haal je een stapel kleurplaten uit je rugtas zodat alle kinderen rustig kunnen kleuren. Nu alle kinderen rustig zitten kun je zelf beginnen met eten. Echt warm is het niet meer en snel werk je het naar binnen.
Aankleden
Ruim voor het einde van de pauze laat je de kinderen hun kleurplaten inleveren en vraag je ze naar het toilet te gaan. Er zijn kinderen die dat nog niet helemaal zelf kunnen en dus ga je mee. Als iedereen naar het toilet is geweest moeten de kinderen zich weer aankleden. Maar eerst smeer je alle kinderen goed in met zonnenbrandcreme. Je helpt de kinderen één voor één hun jas, wanten en skischoolvestje aan te doen en hun helm en skibril op te zetten. Als iedereen weer is aangekleed loop je met de kinderen naar de ski’s. Onderweg voel je ineens een klein handje in jouw hand glijden en ook aan je andere hand loopt ineens een kind.
Snotneus
Aangekomen bij de ski’s proberen de kinderen hun eigen ski’s aan te doen. Maar de tweede aantrekken terwijl de eerste al vast zit blijkt een hele uitdaging te zijn. Je helpt de kinderen hun ski’s aan te doen alvorens je weer de piste op gaat. Voor je met de groep richting de piste kunt gaan begint één van de kinderen uit het niets te huilen. Tussen het gesnik door hoor je dat het kind een snotneus heeft. Terwijl je uitlegt dat ze daarom niet hoeft te gaan huilen haal je de zakdoekjes uit je zak en maak je haar neus schoon.
Mama
Met nog een klein uurtje te gaan zegt één van de kinderen tegen je: “Nu wil ik wel weer naar mama.” Voordat alle kinderen het in hun hoofd halen dat ze weer naar mama willen grijp je snel in en leg je uit dat mama graag wil dat ze leert skiën en dat ze na nog 5 rondjes skiën wordt opgehaald. Zo snel als je kan gooi je er een yel in om de kinderen af te leiden.
Gevallen
Tijdens het skiën komt één van de kinderen ten val en begint direct hard te huilen. Snel zet je de andere kinderen bij elkaar, trek je je ski’s uit en trek je een sprintje naar boven op je skischoenen. Nadat je het kindje rechtop hebt gezet geeft hij met een gezicht vol tranen aan dat hij last heeft van zijn knie. Met een dikke knuffel troost je hem waarna je de tranen van zijn gezicht afveegt.
Aan het einde van dag ski je met het groepje richting de ouders die vol trots met hun telefoon in de hand staan te filmen hoe hun kind achter jou aan skiet. Aangekomen bij de ouders vertellen de kinderen wat ze allemaal hebben meegemaakt en hoe gezellig het was. Met een high-five sluit je af en neem je afscheid.
Een nieuwe dag
De volgende ochtend komen de kinderen op je afgelopen met een grote glimlach op hun gezicht. In geuren en kleuren vertellen ze je wat ze die dag daarvoor nog allemaal hebben gedaan. Als alle kinderen er weer zijn begint een nieuwe dag.
Een week om nooit meer te vergeten!
Na vijf dagen skiles zit de week erop. Je skiet de laatste paar meters een stuk sneller dan tijdens de eerste dag. Je neemt afscheid van de kinderen en geeft aan dat je hoopt ze volgend jaar weer te zien. De tekeningen komen uit de jas van papa tevoorschijn en trots overhandigen de kinderen hun tekeningen van jou op ski’s. Jij was hun ski-mama of -papa deze week en hebt de kinderen een week bezorgd die ze nooit meer zullen vergeten!
Welk moment zal jij nooit meer vergeten?